1. Werkelijk gebruik
Bij het werkelijk gebruik dien je te kijken naar de aard van de kost. Is de kost rechtstreeks te linken aan de activiteit die onderworpen is aan btw, dan is er 100% recht op aftrek van de btw op die specifieke kost. Is de kost rechtstreeks te linken aan de activiteit die vrijgesteld is van btw dan is er geen recht op aftrek van de btw op deze kost. In dit laatste geval mag je geen btw in aftrek nemen.
Voor de kosten die niet rechtstreeks toe te wijzen zijn moet er een bijzonder verhoudingsgetal berekend worden om zo het recht op aftrek van de btw te kunnen bepalen. Denk bijvoorbeeld aan telefoonkosten, algemene kantoorbenodigdheden, ereloon accountant, autokosten, …
Hoe dat bijzonder verhoudingsgetal berekend wordt, kan ‘vrij’ worden bepaald. Weliswaar moet de berekeningsmethode overeenstemmen met de werkelijkheid en ook objectief te bepalen zijn. De gekozen methode moet dan ook elk jaar op dezelfde manier toegepast worden. Eén van de meest gebruikte methoden is het bepalen van het bijzonder verhoudingsgetal aan de hand van de gerealiseerde omzet. Maar deze kan evengoed bepaald worden door oppervlaktes in het bedrijfsgebouw die nodig is voor het uitoefenen van de activiteiten, het aantal personeelsleden per activiteit, etc. Een combinatie van verschillende bijzondere verhoudingsgetallen is ook mogelijk. Dit zal dus voor iedere gemengde btw-plichtige anders zijn.
De methode van het werkelijk gebruik geniet de voorkeur, maar dit moet voorafgaand aan de btw-administratie meegedeeld worden via het formulier 604A of 604B. Daarnaast moet er jaarlijks bij het indienen van de btw-aangifte met betrekking tot het eerste kwartaal of één van de eerste drie maanden van het lopende kalenderjaar enkele gegevens in verband met het afgelopen kalenderjaar meegedeeld worden. Zo dient het aandeel (uitgedrukt in procenten) meegedeeld te worden van de aftrekbare btw op de handelingen die:
a) Uitsluitend worden gebruikt voor de activiteit onderworpen aan btw waarvan er volledig recht op aftrek is,
b) Uitsluitend worden gebruikt voor de activiteit vrijgesteld van btw waarvan er geen recht op aftrek is,
c) Tegelijkertijd worden gebruikt voor zowel de vrijgestelde activiteit als de activiteit die onderworpen is aan btw en waarvoor één of meerdere bijzondere verhoudingsgetallen bepaald zijn.
Specifiek zal er dus in de btw-aangifte van het eerste kwartaal van elk kalenderjaar of in de btw-aangifte van de maand januari, februari of uiterlijk de maand maart van elk kalenderjaar de gegevens van het voorgaande kalenderjaar meegedeeld moeten worden.